Volgens de huidige gemeentelijk benamingen ligt de voormalige gevangenis aan het Wolvenplein in de buurt Breedstraat-Plompetorengracht. De grenzen van het gebied zijn de singel aan de noord- en oostzijde, de Oudegracht aan de westkant en de Voorstraat en Wittevrouwenstraat aan de zuidzijde van de buurt.
De buurt heeft echter in het verleden andere, tamelijk bijzondere namen gekend. Dat zit zo. Tot 1528 werd Utrecht bewaakt door de gilden, die allemaal hun eigen kleine stuk stadsmuur moesten verdedigen. Daarna kreeg Utrecht een stadsleger. In 1572 werden de Stadsvaandels opgericht. De stad werd daarvoor opgedeeld in vier kwartieren met elk hun eigen vaandel. Na een evaluatie bleek dat toch te veel werk te zijn voor de vaandels. De vier vaandels werden gesplitst naar acht. Elk met eigen naam. Het noordoostelijke deel, met bolwerk Wolvenburg, kreeg de naam Bloedkuil. De andere wijken in de binnenstad waren: Turkije (‘liever Turks dan Paaps’), Papenvaandel, Fortuin, Zwarte knechten, Oranjestam, Pekstokken en Handvoetboog. De herkomst van de naam Bloedkuil is niet helemaal te herleiden. Het kan een verwijzing zijn naar de vele slagers (vleeshouwers) in de wijk. Ook zou de naam kunnen voortkomen uit de plek van samenkomst in geval van alarm. In de wijk Bloedkuil zou dat het Grote Vleeshuis (slachthuis) aan de Voorstraat (rode pand waar nu America Today in zit) geweest kunnen zijn.
De naamgeving van de wijken blijft lang onveranderd. Pas na annexatie door de Fransen in het begin van de 19de eeuw en er wijken buiten de singels bijkomen, krijgen alle wijken in de binnenstad een letter A t/m H. (Probeer als Fransman de naam Bloedkuil of Zwarte Knechten maar eens uit te spreken.) De wijk blijft tot in de 20e eeuw Wijk H heten. Na het vertrek van de Fransen heeft alleen Wijk C (voorheen Handvoetboog) zijn naam behouden.